Algemene informatie:
De elektrische geleidbaarheid van water is deeigenschap van die oplossing om elektrische stroom te geleiden, afhankelijk van de hoeveelheid ionen die in het water aanwezig is.
Dereferentie waarna
de analyse wordt uitgevoerd:De analyse voor het bepalen van de geleidbaarheid van drinkwater wordt uitgevoerd in het eigen laboratorium volgens de nationale norm SR EN 27888:1997.
Principe van demethode:
De bepaling van de geleidbaarheid van drinkwater wordt uitgevoerd met behulp van de elektronische geleidometer die is voorzien van een glaselektrode.
Oorzaken van monsterafkeuring – hoeveelheid ongeschikt monster, monsters verzameld in ongeschikte containers, monsters die niet correct zijn geëtiketteerd, enz.
Oogstcontainer – schone container.
Hoeveelheid monster die nodig is om de analyse uit te voeren - minimaal 100 ml.
Noodzakelijke verwerking na het oogsten – niet vereist.
Monsterstabiliteit – vers geoogst water is 2 dagen stabiel bij 2-8°C of 6 uur bij omgevingstemperatuur.
Analysemethode - elektrochemisch.
Referentiewaarden volgens de waterwet
1) Parameter / Meeteenheid | CMA-waarde (maximaal toelaatbare concentratie) | Geleidbaarheid 2), μS cm-1 bij 20°C |
max. 2.500 2) Water mag niet agressief zijn Aanbevelingen voor het uitvoeren van de analyse / Effecten van het overschrijden van de referentiewaarden -
|
Geïoniseerd water wordt op unieke wijze door het lichaam gebruikt. H2O-moleculen hechten zich aan elkaar en vormen trossen (clusters) van moleculen. Terwijl in gewoon water een bos bestaat uit 12-18 moleculen, heeft geïoniseerd water zeshoekige trossen, bestaande uit slechts 6 moleculen. Deze kleinere structuur dringt veel gemakkelijker door de cellen dan "normaal " water. De structuur van trossen verschijnt na ionisatie. Deze procedure verhoogt de hydratatiecapaciteit van water tot 6 keer, omdat water wordt geabsorbeerd, de cellen binnenkomt en veel gemakkelijker door het lichaam wordt gebruikt. Om de geleidbaarheid te verminderen, wordt een installatie met omgekeerde osmose of andere specifieke installaties gebruikt.
bibliografie:
WET 458/2002 met latere wijzigingen van wet nr. 311/2004, regeringsverordening nr. 11/2010- , wet nr. 124/2010 en regeringsverordening nr. 1/2011